Dankzij chemotherapie (FOLFIRINOX) kan alvleesklierkanker zodanig slinken dat er daarna vaker succesvol kan worden geopereerd. Dit blijkt uit een onderzoek onder patiënten van het Academisch Medisch Centrum (AMC). Chirurg Dr. Marc Besselink leidde het onderzoek waarvan de resultaten vandaag worden gepubliceerd in de Annals of Surgical Oncology.
In een vandaag gepubliceerde studie volgden Besselink en zijn onderzoeksgroep 132 patiënten met lokaal doorgegroeide alvleesklierkanker. Van patiënten die tussen september 2013 en maart 2015 in het AMC werden gediagnosticeerd met lokaal doorgegroeide alvleesklierkanker kon bij 14 patiënten (11%) na de specifieke chemotherapie de alvleeskliertumor alsnog verwijderd worden. De kans om na 2 jaar nog in leven te zijn was 75% na zo’n operatie in plaats van 25% zonder operatie.
FOLFIRINOX-chemotherapie wordt al langer gebruikt in Nederland. Tot voor kort werd gedacht dat deze zware therapie alleen voor de allerfitste patiënten mogelijk was. Een vorig jaar gepubliceerde studie van het AMC in het Journal of Cancer, toonde aan dat een verlaagde dosering nog steeds effectief is (de tumor slinkt en patiënten leven langer) maar met minder bijwerkingen. Het vandaag gepubliceerde onderzoek laat zien dat na 2 tot 3 maanden behandeling met deze chemotherapie bij een deel van de patiënten de lokaal doorgegroeide alvleesklierkanker alsnog verwijderd kan worden.
Alvleesklierkanker heeft de slechtste prognose van alle kankersoorten. Jaarlijks overlijden ruim 2600 Nederlanders aan de ziekte. Vijf jaar na de diagnose is minder dan 5% van de patiënten nog in leven. Bij slechts 1 op de 5 patiënten kan de tumor direct met een operatie worden verwijderd. Dit onderzoek laat zien dat meer mensen geopereerd kunnen worden.