Laaggeletterdheid leidt tot medicatiefouten en soms tot gevaarlijke situaties. Dat blijkt uit het boek ‘Kunt u dat even uitleggen? Verhalen van moeilijk lezende medicijngebruikers’ dat staatssecretaris Martin van Rijn van VWS op 7 september, in de week van de Alfabetisering, in ontvangst zal nemen. Het boek maakt deel uit van een door de KNMP en Expertisecentrum voor Gezondheidsverschillen Pharos geïnitieerde campagne voor begrijpelijke medicijnuitleg en herkenning van laaggeletterdheid.
“Het ene pilleke is het andere niet”, vertelt de 68-jarige Henk van Iersel in het boek. “Dat heeft mijn moeder eens ervaren. Ze kreeg een bloeding en in de paniek heeft ze in plaats van een plaspil een bloedverdunner genomen; die hadden toen opeens toevallig dezelfde kleur gekregen! Het is maar net goed afgelopen…” Van Iersels hele familie had moeite met lezen.
“Ik heb al lang last van migraine. Daar neem ik Sandomigran tegen”, vertelt de zestigjarige Ria Lucke die pas na haar vijftigste leerde lezen. “Ik dacht altijd dat er op het doosje ‘Eén keer per dag twee’ stond, totdat ik ontdekte dat er eigenlijk ‘Tweemaal daags één’ stond. Toen werkte het een stuk beter.”
De campagne bestaat naast het boek uit een interactieve tentoonstelling in het Museum voor Communicatie, een mini-documentaire met laaggeletterden en een e-learning voor verpleegkundigen, verzorgenden en apothekersassistenten met instrumenten om laaggeletterde patiënten te herkennen en te coachen bij hun medicijngebruik.
Recente cijfers van de overheid tonen aan dat meer dan 11 procent van alle Nederlandse volwassenen laaggeletterd is. Voorzitter Gerben Klein Nulent van de KNMP: “Ik pleit daarom voor meer aandacht in de zorg voor deze kwetsbare groep.” De organisaties werken hiervoor samen met Stichting Lezen en Schrijven, het Museum voor Communicatie en de Vereniging van Verpleegkundigen en Verzorgenden.