Het medisch onderzoek in Nederland dreigt vast te lopen. Dat blijkt uit een serie groepsinterviews die het Rathenau Instituut hield onder medisch onderzoekers in alle fasen van hun carrière. Vooral de ongeschreven regel dat promovendi minimaal vier artikelen moeten publiceren, zorgt voor grote druk bij alle betrokkenen. Er is amper tijd om de opgedane kennis toe te passen in de kliniek.
Het Rathenau Instituut hield twaalf groepsgesprekken over publicatiedruk met in totaal 78 promovendi, postdocs, docenten en hoogleraren van vier Nederlandse universitair medische centra. Alle ondervraagden verzuchtten dat er naast het opstellen, reviewen en citeren van artikelen steeds minder ruimte is om artikelen te lezen en opgedane kennis in te zetten voor het klinische werk. De druk om te publiceren leidt tot ongewenste neveneffecten. Wetenschappers knippen bevindingen op in meerdere artikelen en hebben nauwelijks tijd om te toetsen of resultaten reproduceerbaar zijn. De kwaliteit van wetenschap is daarmee in het geding.
De ondervraagden voelen zich niet bij machte om iets te veranderen aan het systeem. Maar volgens het Rathenau Instituut ligt de oplossing voor in ieder geval een deel van het probleem wel in handen van de Nederlandse medische wetenschappers. De hoogleraren van de medische faculteiten kunnen bijvoorbeeld de ongeschreven regel van minimaal vier publicaties voor promovendi afschaffen. Dan komt er meer lucht in het systeem en komt de beoordeling van het promotietraject weer bij de promotoren te liggen in plaats van bij de redacties van de medische tijdschriften.