De Nederlandse zorg doet het vergeleken met tien andere hoogontwikkelde Westerse landen meer dan prima. Dit blijkt uit een vandaag gepubliceerd onderzoek van The Commonwealth Fund (CWF), een Amerikaanse denktank op het gebied van zorg. Minister Edith Schippers (VWS) heeft vandaag op uitnodiging van CWF in Washington de uitkomsten in ontvangst genomen en voor een internationaal publiek een toelichting gegeven op het Nederlandse zorgstelsel.
In de International Health Policy Survey 2016 van CWF wordt de zorg in 11 Westerse landen met elkaar vergeleken: Australië, Canada, Frankrijk, Duitsland, Nederland, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Zweden, Zwitserland, Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten. Bij de presentatie van de onderzoeksuitkomsten werd de Nederlandse zorg door de onderzoekers geïntroduceerd als “het voorbeeld van een stelsel dat werkt”.
De Nederlandse zorg scoort onder andere als hoogste als het gaat om snelle toegankelijkheid van zorg en toegang tot zorg buiten kantooruren. Ook hebben Nederlanders vergeleken met de andere tien landen in de hoogste mate een eigen dokter en hebben artsen het patiëntendossier het beste op orde. Verder zijn de wachttijden voor de lage inkomens het kortst.
Hoge scores in het vergelijkende onderzoek zijn er ook voor Nederland als het gaat om relatief weinig problemen met toegang tot zorg om financiële redenen, beperkt gebruik van de spoedeisende hulp door goede alternatieven, weinig wachttijden voor specialistische zorg en nauwelijks coördinatieproblemen bij verschillende vormen van zorg voor lagere inkomens.
Opmerkelijk is dat Nederlanders het minst vaak aangeven dat ze een onnodige behandeling of onderzoek hebben gekregen.
Nederland zit in de middenmoot vergeleken met andere Westerse landen wat betreft advisering van leefstijl, het samen beslissen tussen arts en patiënt en de organisatie van nazorg na ontslag uit het ziekenhuis.
Minister Schippers: “De uitkomsten van dit onderzoek bevestigen mijn gevoel van trots als ik op werkbezoek ben in ziekenhuizen en gezondheidscentra, en daar met artsen, verpleegkundigen en patiënten spreek. Zij zijn het die het doen. Tegelijkertijd zie ik ook dat we niet achterover kunnen leunen. We kunnen nog veel verbeteren. Laten we dat doen en niet onze tijd verdoen met een stelseldiscussie. In het buitenland – en dan hebben we het dus niet over ontwikkelingslanden – kijken ze met jaloerse blikken hoe wij onze zorg hebben georganiseerd.”
The Commonwealth Fund is een private stichting die in de Verenigde Staten ijvert voor een zorgstelsel dat betere toegankelijkheid en kwaliteit en hogere efficiency weet te realiseren. De stichting heeft daarbij in het bijzonder oog voor de belangen van de kwetsbaarste groepen in de samenleving, zoals de lagere inkomens, onverzekerden, minderheden, jonge kinderen en ouderen. CWF ondersteunt hiertoe onafhankelijk onderzoek en verleent subsidies om de gezondheidszorg in beleid en praktijk te verbeteren.