Philips en het Academisch Medisch Centrum (AMC) hebben vandaag bekendgemaakt te gaan samenwerken in een Europees multicentrisch klinisch onderzoek. De organisaties zullen een nieuwe veelbelovende diagnostische techniek onderzoeken om bij de behandeling van diabetische voet en kritieke ischemie van het been direct de resultaten van een minimaal invasieve ingreep te kunnen beoordelen. Diabetische voet is een ernstige complicatie als gevolg van verminderde doorbloeding in het been, waarmee wereldwijd miljoenen diabetespatiënten te kampen hebben [1].
Amputatie is een van de ingrijpendste consequenties voor patiënten met diabetische voet. Op dit moment bestaat er geen diagnostische methode om direct het effect van angioplastiek te kunnen beoordelen. Angioplastiek is de behandeling van eerste keus om de bloedcirculatie in de voet te herstellen. Het effect kan pas maanden na de behandeling worden vastgesteld wanneer genezing is opgetreden of juist is uitgebleven. Daarom bestaat er een grote behoefte aan een nieuw diagnostisch hulpmiddel om het behandelresultaat te kunnen beoordelen en zo optimale nazorg te kunnen bieden. Het onderzoek gaat in de zomer van 2015 van start en de einduitkomsten ervan worden in 2017 verwacht.
De samenwerking wordt bekendgemaakt tijdens het 7th International Symposium on the Diabetic Foot, dat van 20-23 mei 2015 in Den Haag, Nederland, wordt gehouden. Naar verwachting wonen meer dan 1.000 klinische deskundigen op het gebied van diabeteszorg van over de hele wereld dit symposium bij om de laatste wetenschappelijke ontwikkelingen te bespreken.
“Dit zou een paradigmaverschuiving kunnen betekenen in onze benadering van kritieke ischemie van het been,” aldus prof.dr. Jim Reekers, interventieradioloog verbonden aan het AMC en fellow van CIRSE, de Europese vereniging van cardiovasculaire en interventioneel radiologen. Reekers heeft de afgelopen maanden de nieuwe technologie getest en observationele gegevens van meer dan 100 eerste behandelingen verzameld waarbij deze techniek werd gebruikt.
“Als we het effect van de behandeling direct na de vaatingreep kunnen voorspellen, geeft dit ons een voorsprong doordat we een proactief zorgplan voor het herstel in de thuissituatie kunnen opstellen, in plaats van de meer afwachtende en reactieve benadering nu. De eerste waarnemingen met deze nieuwe diagnostische techniek zijn consistent en veelbelovend, en bieden ons waardevolle inzichten in een groot aantal van de onopgeloste kwesties rondom kritieke ischemie van het been.”
De International Diabetes Federation schat dat wereldwijd 387 miljoen mensen lijden aan diabetes en dat dit aantal de komende twintig jaar bijna zal verdubbelen. Diabetes kan op de lange termijn schade aan de bloedvaten veroorzaken, wat vooral in de benen en voeten kan leiden tot verminderde doorbloeding. In ernstige gevallen, ook wel ‘kritieke ischemie van het been’ genoemd, kan dit aanzienlijke weefselschade tot gevolg hebben, met bijvoorbeeld zweren of gangreen aan de voet. Amputatie is dan soms het laatste redmiddel. Herstel van de bloedvoorziening vanuit de grote bloedvaten naar het netwerk van de kleinste haarvaten, de capillairen, van waaruit voedingsstoffen het omliggende weefsel bereiken (een proces dat is verstoord), is van essentieel belang voor het genezingsproces.
De huidige behandeling van eerste keus is een beeldgestuurde minimaal invasieve interventie als angioplastiek om de grote bloedvaten in de voet weer doorgankelijk te maken. Hiermee wordt getracht de bloedtoevoer naar de cruciale microcirculatie te herstellen. Onder röntgengeleide wordt een katheter in een bloedvat in het been ingebracht en opgevoerd naar de voet om de grote vaten met behulp van een ballon en/of stent weer doorgankelijk te maken. Met perfusieangiografie wordt het functioneren van het vaatnetwerk in de voet in kaart gebracht.
Tot nu toe is het echter niet mogelijk geweest om een beeld te krijgen van het functioneren van de microcirculatie. Hierdoor was het moeilijk om het effect van de ingreep op de microvascularisatie te bepalen. In samenwerking met het AMC ontwikkelt Philips nu een nieuwe technologie om de beelden verkregen bij perfusieangiografie te analyseren en daarmee kwantitatieve informatie te verkrijgen over de capillaire doorbloeding (perfusie) van de voet.
Perfusieangiografie is een nieuwe beeldvormende techniek op basis van röntgen waarbij optimaal gebruik wordt gemaakt van de hoge temporele en spatiële resolutie van röntgenbeelden van de bloedvaten. De nieuwe software registreert minieme fysiologische veranderingen in het perfusieniveau. Het perfusiebeeld kan worden opgebouwd uit een standaardprotocol voor digitale subtractieangiografie (DSA) verricht met een Philips Allura Xper FD20-systeem, zodat de patiënt niet hoeft te worden blootgesteld aan extra straling of contrastmiddel. Het gegenereerde perfusiebeeld toont de fysiologische perfusietoestand in een kleurgecodeerde weergave. Uit deze informatie kan een grafiek worden verkregen, die in één oogopslag belangrijke informatie verschaft over het functioneren van de micro-circulatie.
“Wij maken ons hard voor verbetering van de zorg die artsen hun patiënten kunnen bieden. Dit doen wij door beeldgestuurde behandeltechnieken te innoveren en de impact ervan te maximaliseren,” aldus Ronald Tabaksblat, Business Leader Image Guided Therapy Systems bij Philips. “Diabetes is nu al de belangrijkste oorzaak van non-traumatische amputatie en de algemene voorspelling is dat de prevalentie van de aandoening de komende jaren significant gaat stijgen. Vandaag de dag zijn er in ontwikkelde landen honderdduizenden diabetici die een deel van het onderbeen hebben moeten laten amputeren. Als nieuw hulpmiddel voor beeldgestuurde therapie zou persfusieangiografie een nieuw tijdperk kunnen inluiden van precisie- en gepersonaliseerde behandelingen voor diabetespatiënten met ernstige voetcomplicaties. Verbetering van de kwaliteit van leven en mobiliteit gaat hierbij hand in hand met het terugdringen van de aan diabetes gerelateerde zorgkosten.”