De uitzending van het radioprogramma ARGOS afgelopen zaterdag heeft onrust doen ontstaan onder patiënten die nieuwe antistollingsmiddelen (NOAC’s) gebruiken. Vanochtend meldden zich vele ongeruste patiënten bij poliklinieken cardiologie in verschillende ziekenhuizen. De Nederlandse Vereniging voor Cardiologie waarschuwt dat het een risico kan opleveren als patiënten zonder overleg stoppen met hun medicatie.
Het programma ARGOS berichtte over onnodige doden door gebruik van deze NOAC’s. NOAC’s kunnen aan patiënten met boezemfibrilleren worden voorgeschreven conform de geldende richtlijnen. Antistollingsmiddelen voorkomen de vorming van bloedpropjes waardoor de kans op een beroerte of trombosebeen afneemt. Zoals bij alle geneesmiddelen, kan gebruik van antistollingsmiddelen risico’s met zich meebrengen. Het belangrijkste risico van antistollingsmiddelen is dat men een grotere kans heeft op bloedingen. De reden om toch antistollingsmiddelen te gebruiken, is dat de afname van het aantal beroerten of trombosebenen (de voordelen) groter is dan de toename van het aantal bloedingen (de risico’s). Uit onderzoek blijkt dat bij patiënten met boezemfibrilleren de nieuwe antistollingsmiddelen NOAC’s ondubbelzinnig voordelen bieden ten opzichte van de gebruikelijke antistollingsmiddelen. Zo is de sterfte bij patiënten met boezemfibrilleren die NOAC’S gebruiken 10% lager ten opzichte van de gebruikelijke antistollingsmiddelen en is de kans op een hersenbloeding zelfs 50% lager. Dit is de reden dat de cardioloog en de patiënt samen ‘op maat’ de voordelen en risico’s afwegen om tot een beslissing te komen voor gebruik van een bepaald antistollingsmiddel.
ARGOS krijgt haar gegevens over het aantal overleden patiënten van het bijwerkingeninstituut LAREB. De conclusie dat het overlijden van patiënten rechtstreeks een gevolg was van het gebruik van NOAC’s is niet zondermeer te trekken op basis van de door het LAREB verstrekte gegevens. Dit wordt ook door het LAREB bevestigd. Bovendien ontbreken er ter vergelijking gegevens van het aantal patiënten dat overleden is onder de gebruikelijke antistollingsmiddelen. Het risico op bloedingen bij gebruikelijke antistollingsmiddelen was immers een van de redenen om nieuwe middelen te ontwikkelen.
Concluderend hebben de nieuwe antistollingsmiddelen NOAC’s voor patiënten met boezemfibrilleren voordelen ten opzichte van de gebruikelijke antistollingsmiddelen, maar ook risico’s zoals elk ander antistollingsmiddel. Daarom is het belangrijk om per patiënt een verantwoorde keuze voor een bepaald middel te maken. Gezien de eerder gemaakte verantwoorde keuze is er nu geen reden om vervroegd te wisselen van medicijnen. Het is wel goed dit tijdens het volgende bezoek nogmaals met de behandeld arts te bespreken. Belangrijk is dat patiënten niet zomaar stoppen met het slikken van antistollingsmiddelen.